Op 2 september 2015 heeft minister Bussemaker in een werkbezoek aan de Hermitage Amsterdam en de Hortus Botanicus in Amsterdam de eerste beschikking in de Pilot Duurzaamheid Rijksmonumenten overhandigd voor het project Tussen Kunst en Kas. Energie delen aan de Amstel. Met dit vooruitstrevende en kostenbesparende project zullen de twee instellingen het komende jaar door 425 meter lange buizen duurzaam met elkaar worden verbonden. Zo kan de geaccumuleerde bronwarmte van museum Hermitage Amsterdam gebruikt worden voor de verwarming van de planten in de monumentale Palmenkas in de Hortus Botanicus en levert de Hortus gekoeld water terug aan de Hermitage voor de koeling van de kunst. Het project is door het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen benoemd tot voorbeeldproject in het kader van de nieuwe Beleidsnota Duurzaamheid Rijksmonumenten. Vanochtend werd het project gepresenteerd aan de minister en door de betrokkenen nader toegelicht tijdens een wandeling van het ketelhuis onder de Hermitage Amsterdam naar de kassen van de Hortus.
Samenwerking
Aanleiding voor de samenwerking tussen de instellingen was de zoektocht van de Hermitage naar een oplossing voor het warmte-overschot in haar warmte-koudeopslag (wko)-bron. Bij de bouw van de Hermitage is in 2009 door technisch dienstverlener Kuijpers een wko-installatie aangelegd voor de verwarming en koeling van de expositiezalen. In het dagelijks gebruik bleek meer koeling dan verwarming nodig. Om het structurele warmteoverschot nuttig te gebruiken ging de Hermitage, samen met Kuijpers, op zoek naar mogelijke partners. De oplossing bleek op iets meer dan vierhonderd meter afstand te liggen: de kassen van de Hortus hebben forse warmtebehoefte voor hun (sub)tropische planten. Omdat de Hortus net op het punt stond zijn twintig jaar oude gasketels te vervangen kwam het telefoontje van de Hermitage precies op het juiste moment.
Voor de realisatie van het project is sinds ruim een jaar een bouwteam van deskundigen samengesteld dat bestaat uit: